Weer een nieuwe maand en dus een schrijfuitdaging van Geesje. Maak een verhaaltje van precies 101 woorden met een woord dat niet in het stuk mag voorkomen. Deze maand is het woord “topje”.

Het zit vast gilt ze. Hoe bedoel je vast? Roept de man van buiten het hokje. Ik krijg het niet meer over m’n hoofd. Als ik trek, scheurt het. Een zucht. De man schuift het gordijn iets opzij en stapt de krappe ruimte binnen. Hij ziet zijn vriendin worstelen met een schijnbaar niemandalletje. Haar hoofd zit gevangen in een kledingstuk als een vis in de maas van een visnet. Hij schiet in een keiharde lach. Help me, smeekt ze hem. Hij geeft een ruk en de fragiele stof scheurt maar zijn vriendin is bevrijd.

Dat is dan 39,95 zegt de verkoopster zuur.