Ook in Spanje moet er gewerkt worden en al vroeg is er een gemeenteambtenaar met een heksenbezem de parkeerplaats aan het vegen. De naast ons staande vuilcontainers worden geleegd en drie andere mannen in pijn aan de ogen geklede pakken beginnen gras te maaien en blad te blazen. Dat betekent voor ons, koffie en weg wezen.

We gaan nog steeds binnendoor richting Tarifa. Niet dat we daar vandaag al willen zijn maar wel die richting op. Hier rijden in deze tijd van het jaar is een lust voor het oog. De toppen van de bomen hebben al een fantastische kleur aangenomen.

In ons hoofd hebben we een plek waar we zes jaar geleden hebben gestaan. Ergens bij een stuwmeer. We zien een stuwmeer en denken dat dit de plek is. De weg wordt steeds smaller en we zien een bordje met Castellar de la Frontera erop. Stijl de hoogte in en millimeter werk als er een auto naar beneden komt. Zoals de naam al zegt bovenop de berg staat een kasteel. Het is eigenlijk een fort. Tijdens het bewind van de Arabieren is in de 10e eeuw begonnen met de bouw. In het fort zijn smalle straatjes met witte huizen. Het is een van de weinige voorbeelden van middeleeuwse vestingwerken die er vandaag de dag bestaan.

We hebben trek in koffie en beneden het fort op een hoekje staat de deur open van een piepklein etablissement. Twee mannen zijn bezig een deel ervan te behangen. Het ziet er gesloten uit maar toch vragen we of we iets kunnen drinken. Het blijken twee Nederlanders te zijn die hier al 23 jaar wonen. Willem heeft een slagerij in San Pedro de Alcantara en woont hier boven in dit dorpje. In Coronatijd heeft hij dit restaurantje gekocht, verbouwd en is nu alleen op zondag open met een mooie keuken.

Hoe komt iemand nu op deze moeilijk te bereiken plek terecht?

23 jaar geleden rijdt Willem in zijn busje met zijn vrouw hier naar boven toe. Ze zijn toch in de buurt. Ze parkeren voor het oude kerkhof en slapen daar. Het moet een goed gevoel geven want ze zijn nooit meer weggegaan. Het is ook een speciale plek.

Willem en Robin

Wij rijden weer terug de berg af. Na 200 meter komt er een vrachtwagen de bocht door en ik moet achteruit terug naar boven. De verdere terugweg maar twee auto’s tegen gekomen op plekken waar we net langs elkaar heen konden. Bijna beneden zien we een stenen brug en rijden daaroverheen. De weg gaat langzaam weer omhoog maar we vinden een vlakke plek om de nacht door te brengen. Geen bereik hier maar wel lekker rustig.

Een fantastische plek

Heel stil is het deze nacht op de plek waar we staan. Geen vervuilende geluiden van airco’s, standkachels of voorbij rijdende auto’s. Alleen het geluid van onze ademhaling en voor Anneke misschien mijn sporadische snurk.

De schuifdeur gaat open en de lucht zwart of eigenlijk bruin van de Spaanse adelaars. Wat een prachtig gezicht is dit. We lopen nog een stuk naar boven, daar is een uitzichtpunt en zien hoe deze machtige vogels spelen met de thermiek. Een adelaar vliegt steeds lager en draait rondjes om ons heen. Niet echt prettig. We gaan weer wat lager en de vogel voegt zich weer bij zijn soortgenoten.

Het staat hier ook vol met kurkeiken. Een om te zien grillige boom. De boom heeft een prachtige dikke bast van kurk. Hoe ouder de boom, hoe mooier de bast wordt.

Een van de velen kurkeiken

Wij bedanken dat we bij toeval op deze betoverende plek mochten staan en rijden verder naar Tarifa.