De kuiten protesteren nog na van de klim naar de vuurtoren gisteren, maar de zon wint het van de spierpijn. Snel uit bed dus, voor een ochtendwandeling over de boulevard. De felgekleurde huisjes maken het charmant, al is het eerlijk gezegd ook het enige wat dit dorpje écht te bieden heeft. Vandaag gaan we voor het grotere werk: Belfast.

We parkeren in een protestantse wijk, vlak bij de bekende murals. Onze eerste indruk? Belfast oogt rommelig en vuil, zeker hier bij de parkeerplaats. Maar we zijn hier niet voor de schoonheid. We zijn hier om de stad te voelen. En dat lukt meteen.

Onze overnachtingsplek pal naast de eerste mural.

We lopen door straten vol herinneringen. Murals, gedenktekens, teksten, allemaal verwijzingen naar de diepe kloof tussen protestanten en katholieken. En nog steeds staat er dat grote hek tussen beide wijken. Zwaar, hoog, symbolisch én realiteit.

Twee wijken, een hek ertussen
Gedenk mural.

We laten het op ons inwerken. Twee wijken. Twee geschiedenissen. Twee waarheden. Twee groepen.

Morgen stappen we op de hop-on hop-off bus om de stad verder te ontdekken. Maar vandaag al voelen we de nasleep van de geschiedenis in alles.

12 juli – een klankkast van het verleden

We zijn nét na het weekend in Belfast en horen nog de echo’s van 12 juli. Overal bloemenkransen. Op die dag verandert de stad in een explosie van vlaggen, trommels en marsmuziek. De jaarlijkse “Twelfth Parade” herdenkt de Slag aan de Boyne (1690), waar Willem van Oranje de katholieke koning James II versloeg.

Voor protestanten is het een feest van identiteit. Voor katholieken een jaarlijkse confrontatie met machtsvertoon. En dat voel je, vooral in Belfast waar de optochten langs katholieke wijken trekken, soms met spanningen tot gevolg.

12 juli.

Mandela zei ooit: “Times change, and we must change with them.”

Je zou willen dat ze dat hier ook geloven.

Shankill Road en een stille nacht

Onze parkeerplek blijkt om de hoek te liggen van de beruchte Shankill Road. En verrassend: we slapen prima. Het is zó rustig dat we pas de volgende ochtend horen dat de wijk na 20:30 uur volledig wordt afgesloten.

De weg waaraan we slapen, lekker rustig geen verkeer.

We lopen vroeg naar het stadhuis (1,8 km) voor de hop-on hop-off bus. Helaas: veel hotels, pubs en af en toe een gebouw dat je amper kunt zien door de begroeiing. Het uitzicht? Matig. De inzichten? Spaarzaam. Niet de moeite waard.

Het leek zo leuk.

Toch is het bezoek aan Belfast waardevol. Vooral de sfeer, de spanning, het onuitgesproken verleden. Het blijft in ons hoofd rondspoken. We waren al in Derry maar door het verhaal van Billy en vooral het protestantse verhaal van Belfast gaan we opnieuw naar Derry.

Opnieuw naar Derry – een ander perspectief

Wat we in de protestantse wijk van Belfast hebben gezien, laat ons niet los. In Derry ontmoeten we David en Elena, twee Ierse vrienden. Wanneer we vertellen waar we in Belfast hebben overnacht, krijgen ze bijna acuut een hartverzakking.

Daar?! Dat is de gevaarlijkste plek van de stad!

Met hun Ierse kenteken zouden ze daar nooit durven staan.

Misschien dat wij als Nederlanders iets neutraler worden ontvangen, of dat de Oranjewortels ons hier een symbolisch voordeel geven. Voor de tweede keer zijn we dus in Derry. Dit keer met andere ogen.

We worden meteen getrakteerd op een cadeautje: een regenboog. Op het moment dat we over de regenboog-zebrapad lopen naar de Vrijheidsbrug. Toeval? Bestemming? Misschien allebei.

Cadeautje

Free Derry, museum en stortbuien

Samen met David en Elena bezoeken we het Museum of Free Derry. Het verhaal van de Troubles, maar dan verteld vanuit katholiek perspectief. Indrukwekkend. Emotioneel.

Zodra we buiten komen, vallen er emmers uit de lucht. Geen miezer, geen regen, maar watervallen. Als ik een hemd zou dragen, zou ik tot aan m’n hemd nat zijn.

We schuilen in het Tower Museum, met een vaste tentoonstelling over de geschiedenis van Derry én… de Derry Girls. Nooit van gehoord, maar blijkbaar hier megaberoemd. Weer wat geleerd.

Derry girls.

Buiten probeer ik onder een oude waterpomp mijn haar te wassen, maar helaas of gelukkig maar, geen druppel.

Geen druppel

Tijd om op te laden

Na een warme koffie en een broodje nemen we afscheid van David en Elena. We rijden nog een uurtje door, onze hoofden vol verhalen maar vooral vol met vragen. In Belfast wordt Hamas en Isis vergeleken met de Ira. Voor de protestanten was de Ira ook een terroristische organisatie. Maar wanneer ben je een terroristische organisatie. Zelfs de VN is daar nog steeds niet achter.

Belfast en Derry. Twee steden, die we nooit zullen vergeten.

Toch nog even een vrolijke noot. Op de vrijheidsbrug was een groepje jonge mensen een clip aan het opnemen. Ik heb mijn eigen clip gemaakt en daar word ik weer vrolijk van.